Paragrafen

Paragraaf Lokale heffingen

1.1 Inleiding
In deze paragraaf wordt inzicht gegeven in de door de gemeente Wassenaar geheven belastingen, bestemmingsheffingen en rechten. Onder de belastingen vallen o.a. de onroerendezaakbelastingen, de toeristenbelasting en de hondenbelasting. Onder de bestemmingsheffingen vallen o.a. de rioolheffing en de afvalstoffenheffing.
De rechten omvatten een grote groep belastbare feiten. De belangrijkste hiervan zijn de marktgelden, de begrafenisrechten en de leges inzake omgevingsvergunningen, reisdocumenten en burgerlijke stand. Voor zowel de bestemmingsheffingen als de rechten geldt dat de tarieven maximaal kostendekkend mogen zijn en dat de opbrengst gebruikt wordt ter dekking van de gemaakte kosten.

1.2 Beleid lokale heffingen
Onder het motto “de gebruiker betaalt” is het uitgangspunt dat heffingen zoveel mogelijk kostendekkend zijn. Voor afval was in 2023 de kostendekkendheid 95,6% en is het tarief  voor het eerst gedifferentieerd naar laagbouw en gelaagde bouw. In 2024 wordt deze differentiatie gehandhaafd en blijft de verwachte kostendekkendheid gehandhaafd op 95,6%.

De baten van belastingen en rechten zijn voor 2024 aangepast met het door het CPB geraamde inflatiepercentage van 3,2% (consumentenprijsindex). Met deze verhoging wordt de algemene prijsontwikkeling gevolgd. Dit is noodzakelijk om de inkomsten van de gemeente op dit onderdeel op peil te houden en structurele onevenwichtigheid te voorkomen.

1.3 Overzicht geraamde baten belastingen en rechten
Onderstaand overzicht vermeldt de geraamde opbrengsten voor 2023 en 2024 voor wat betreft de diverse belastingen en rechten.

Tabel 7.1 - Opbrengst uit belastingen   bedragen x € 1.000

Opbrengst belastingen

raming

raming

mutatie t.o.v.

2023

2024

2023

OZB woningen

8.493

8.764

271

OZB niet woningen (E+G)

3.155

3.256

101

Hondenbelasting

194

200

6

Toeristenbelasting

2.430

2.508

78

Baatbelasting

11

11

0

Precario op met name uitstallingen

129

133

4

Ondernemersheffing

91

91

0

BIZ-bijdrage Maaldrift

25

26

1

BIZ-bijdrage pandeigenaren centrum

46

46

0

0

Afvalstoffenheffing

5.380

5.716

336

Riool- en waterzorgheffing

2.759

2.847

0

Marktrechten

32

34

2

Begrafenisrechten

52

54

2

Leges Wabo-vergunningen

1.402

1.790

388

Overige leges en rechten

425

425

0

sub totaal opbrengst

24.624

25.863

1.239

af: kwijtscheldingen

-295

-370

-75

netto opbrengst

24.329

25.493

1.164

1.4 Belastingen
Onroerendezaakbelastingen (OZB)
De aanslag OZB wordt voor het belastingjaar 2024 gebaseerd op OZB-tarieven voor 2024 en de WOZ-waarde naar waardepeildatum per 1 januari 2023.

De uitgangspunten voor de geraamde netto OZB-opbrengst 2024 zijn:

  • Indexering geraamde OZB-opbrengst met 3,2%

Bij de berekening van de OZB-tarieven voor 2024 wordt rekening gehouden met de meest recente gegevens omtrent de verwachte waardeontwikkeling. De voorlopige waardeontwikkeling gaat uit van een waardedaling van 4,2% voor woningen en een waardestijging van1,4% voor niet-woningen.

Hondenbelasting, toeristenbelasting en precariobelasting
De opbrengsten voor toeristenbelasting, hondenbelasting en precariobelasting zijn met het inflatiepercentage van 3,2% verhoogd.

Tabel 7.2 - Tarieven hondenbelasting en toeristenbelasting   

2021

2022

2023

2024

Hondenbelasting
eerste hond
tweede hond
elke volgende hond

Toeristenbelasting
per overnachting (camping)
per overnachting (hotel/pension)

88,08
132,36
174,60

1,33
3,34

89,28
134,16
177,00

1,35
3,39

92,04
138,36
182,52

1,65
4,15

95,04
142,80
188,40

1.70
4,28

1.5 Heffingen en rechten
In de paragraaf lokale heffingen is het verplicht om een overzicht van baten en lasten op te nemen voor de heffingen waarbij sprake is van het verhalen van kosten. In dit hoofdstuk worden de diverse heffingen kort behandeld en wordt per heffing via een vast format inzicht gegeven in de kosten die aan de heffing worden toegerekend. De gehanteerde tariefstelling, geraamde baten en eventuele achterliggende beleidskeuzes worden ook per heffing aangeven.
De overhead die aan een heffing wordt toegerekend wordt via onderstaande formule berekend:

Opslag taakveld =
overhead x ((aantal aan heffing toegerekende uren)/(totaal aantal verdeelde uren exclusief uren taakveld overhead))

1.5.1   Riool- en waterzorgheffing

Wateroverlast en verdroging vragen steeds meer maatregelen in de publieke ruimte. Om meer recht te doen aan de bredere invulling van de gemeentelijke watertaken heeft de VNG de naam rioolheffing gewijzigd in riool- en waterzorgheffing. Van de maatregelen in de publieke ruimte heeft iedereen profijt.

De gemeente is wettelijk verplicht om haar zorgplichten voor afval-, hemel- en grondwater na te komen. Hoe gemeenten op korte en lange termijn invulling geven aan de gemeentelijke zorgplichten is vastgelegd in het verbreed gemeentelijk rioleringsplan (vGRP). Dit is een verplicht plan op grond van de Wet milieubeheer. In 2017 is dit plan vastgesteld door de raad. Het uitgangspunt is dat de kosten voortkomend uit de zorgplicht voor 100% worden gedekt uit de rioolheffing. De verwachting is dat eind 2023 het nieuwe Integraal Waterketenplan (IWKp) wordt vastgesteld.

Tabel 7.3 - Berekening kostendekkingspercentage riool- en waterzorgheffing

Berekening kostendekkendheid rioolheffing

Kosten taakveld(en) incl. omslagrente
Inkomsten taakveld(en), excl. heffingen

2.354.000
-21.000

Netto kosten taakveld(en)

2.333.000

Toe te rekenen kosten:
Overhead
BTW

368.000
175.000

Totaal toerekenbare kosten

543.000

Totale kosten

2.876.000

Totale opbrengsten

2.847.000

Kostendekkendheid

99,0%

Tarieven riool- en waterzorgheffing en beleidskeuzes

De riool- en waterzorgheffing wordt geheven van de gebruiker van een perceel van waaruit water direct of indirect op de gemeentelijke riolering wordt afgevoerd. Als heffingsmaatstaf geldt het waterverbruik waarmee wordt beoogd zoveel mogelijk recht te doen aan het principe ‘de vervuiler betaalt’. De gegevens omtrent het waterverbruik worden geleverd door Dunea. De kostendekkendheid komt uit op 99,0 %. Op basis van het werkelijke waterverbruik over de afgelopen jaren worden de tarieven voor 2024 met 3,2% verhoogd.

Tabel 7.4 - Tarieven riool- en waterzorgheffing

tarief 2023

tarief 2024

Huishouden

vastrecht t/m 80 m 3

per m 3 boven 80 m 3

Bedrijf

vastrecht t/m 120 m 3
per m 3 boven 120 m 3

per m 3 boven 1.000 m 3

131,02
1,64

196,47
1,64
0,72

135,24
1,69

202.80
1,69
0,74

1.5.2.   Afvalstoffenheffing
De afvalstoffenheffing wordt geheven om de kosten van het ophalen en verwerken van huishoudelijke afvalstoffen te verhalen.

Tabel 7.5 - Berekening kostendekkingspercentage afvalstoffenheffing

Berekening kostendekkendheid afvalstoffenheffing

Kosten taakveld(en) incl. omslagrente
Inkomsten taakveld(en), excl. heffingen

4.536.000

Netto kosten taakveld(en)

4.877.000

Toe te rekenen kosten:
Overhead
BTW

200.000
901.000

Totaal toerekenbare kosten

1.101.000

Totale kosten

5.978.000

Totale opbrengsten

5.761.000

Kostendekkendheid

95,6%

Tarieven en beleidskeuzes
De afvalstoffenheffing is gedifferentieerd naar de grootte van een huishouden in de vorm van een eenpersoonshuishouden en een meerpersoonshuishouden. Daarnaast is per 2023 een extra differentiatie toegevoegd, te weten laagbouw en gelaagde bouw.
Voor een extra groene of grijze container geldt een aanvullend tarief.
Voor de tariefberekening worden de totale verhaalbare kosten verdeeld over het aantal containers (gewogen eenheden). Dit leidt er onder andere toe dat het tarief voor een extra grijze container gelijk is aan het tarief voor een meerpersoonshuishouden. Om afvalscheiding te bevorderen en het gebruik van een GFT-container niet te ontmoedigen geldt een verlaagd tarief van € 50,- voor een extra groene container.
Met deze wijze van tariefstelling wordt beoogd zoveel mogelijk recht te doen aan het principe ‘de vervuiler betaalt’. De kostendekkendheid komt uit op 95,6 %, waarbij de tarieven met het gehanteerde inflatiepercentage van 3,2% zijn gestegen.

Tabel 7.6 - Tarieven afvalstoffenheffing

tarief 2023

tarief 2024

Huishouden

Eenpersoonshuishouden (gelaagde bouw)
Meerpersoonshuishouden (gelaagde bouw)

341,28
491,40

352,20
507,12

Eenpersoonshuishouden (laagbouw)

Meerpersoonshuishouden (laagbouw)

348,11
501,23

359,28
517,32

1.5.3   Begraafplaatsrechten

Begraafplaatsrechten worden geheven voor het gebruik van de begraafplaats en het gebruik van de diensten die daarbij worden verleend. De gerealiseerde opbrengst is al een aantal jaar relatief stabiel en is hoofdzakelijk afhankelijk van het aantal begrafenissen.

Tabel 7.7 - Berekening kostendekkingspercentage begraafplaatsrechten

Berekening kostendekkendheid begraafplaatsrechten

Kosten taakveld(en) incl. omslagrente
Inkomsten taakveld(en), excl. heffingen

122.000
0

Netto kosten taakveld(en)

122.000

Toe te rekenen kosten:
Overhead
BTW

59.000
5.000

Totaal toerekenbare kosten

64.000

Totale kosten

186.000

Totale opbrengsten

54.000

Kostendekkendheid

29,0%

Tarieven begraafplaatsrecht
Uitgangspunt voor de tarieven is in het algemeen 100% kostendekkendheid. Gelet op het relatief geringe aantal begrafenissen en de structurele onderhoudslasten is dit voor deze taak niet te realiseren zonder (grote) tariefsverhogingen en/of teruggang in het onderhoud. De tarieven voor 2024 zijn met het inflatiepercentage (3,2%) verhoogd.

1.5.4   Marktgelden

Marktgelden worden geheven voor het gebruiken van openbare grond c.q. het innemen van een standplaats op het marktterrein, gedurende de tijd dat het markt is. De opbrengst is afhankelijk van de daadwerkelijke bezetting van de weekmarkt.

Tabel 7.8 - Berekening kostendekkingspercentage marktgelden

Berekening kostendekkendheid marktgelden

Kosten taakveld(en) incl. omslagrente
Inkomsten taakveld(en), excl. heffingen

31.000
0

Netto kosten taakveld(en)

31.000

Toe te rekenen kosten:
Overhead
BTW

23.000
1.000

Totaal toerekenbare kosten

24.000

Totale kosten

55.000

Totale opbrengsten

34.000

Kostendekkendheid

61,8%

Tarieven marktgelden
Het marktgeld bedraagt een tarief voor iedere strekkende meter grond, waarvoor een standplaats wordt ingenomen, gemeten in de lengterichting. Voor iedere strekkende meter grond waarvoor achterruimte wordt ingenomen geldt een apart tarief. Voor 2024 zijn de tarieven met het inflatiepercentage (3,2%) verhoogd.

Tabel 7.9 - Tarieven marktgelden

tarief 2023

tarief 2024

Standplaats

per strekkende meter, per dag
per strekkende meter, per kwartaal

Achterruimte

per strekkende meter, per dag
per strekkende meter, per kwartaal

4,15
41,40

1,66
16,56

4,28
42,72

1,71
17,09

1.5.5   Leges

Leges worden geheven voor het door de gemeente verlenen van diensten zoals opgenomen in de tarieventabel behorende bij de Legesverordening. Deze tarieventabel bestaat uit drie titels: Algemene dienstverlening, dienstverlening en besluiten in het kader van de Omgevingswet en dienstverlening vallend onder de Europese dienstenrichtlijn (specifiek voor ondernemers). Binnen de drie titels zijn de leges onderverdeeld in hoofdstukken waarbinnen de samenhangende tarieven zijn geclusterd. De opbrengsten zijn in de begroting niet op hoofdstukniveau opgenomen, maar zijn op taakveld gegroepeerd. Van een aantal diensten wordt namelijk dusdanig weinig gebruik gemaakt dat het apart opnemen van een raming geen meerwaarde heeft.

Tabel 7.10 - Berekening kostendekkingspercentage leges naar titel

Berekening kostendekkendheid Leges Algemene dienstverlening

Kosten

baten

kostendek.

Burgerlijke stand

129.000

109.000

84%

Reisdocumenten

344.000

284.000

83%

Rijbewijzen

63.000

58.000

92%

Secretarieleges

  • Verstrekkingen uit basisregistratie personen
  • Bestuursstukken
  • Vastgoedinformatie
  • Overige publiekszaken
  • Gemeentearchief

Totaal secretarieleges

109.000

78.000

72%

Bijzondere wetten

  • Huisvestingswet
  • Leegstandswet
  • Gemeentegarantie
  • Kansspelen
  • Kabels en leidingen
  • Verkeer en vervoer (ontheffing APV)
  • Diversen

Totaal Bijzondere wetten

64.000

64.000

100%

Totaal leges Algemene dienstverlening

712.000

593.000

83%

Berekening kostendekkendheid Leges vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

kosten

baten

kostendek.

Omgevingsvergunning ( als gevolg van de invoeringswet, nu nog niet bekend )

nnb

nnb

< 100%

Berekening kostendekkendheid Leges vallend onder Europese dienstenrichtlijn

kosten

baten

kostendek.

APV-vergunningen

  • Horeca
  • Organiseren van evenementen of markten
  • Prostitutiebedrijven
  • Kamperen
  • Marktstandplaatsen
  • Winkeltijdenwet
  • Ventvergunning, standplaatsvergunning

Totaal APV-vergunningen

10.000

6.000

60%

Totaal leges vallend onder Europese dienstenrichtlijn

10.000

 6.000

60%

Tarieven, kostendekkendheid en kruissubsidiëring leges
De tarieven voor de diverse leges worden jaarlijks in principe met het inflatiepercentage verhoogd, waarbij wordt uitgegaan van de reeds bestaande verdeling in de tarieven. Voor tarieven waarvoor een maximumbedrag geldt wordt uitgegaan van het maximaal toegestane bedrag.
Om de digitale dienstverlening te stimuleren wordt voor het verstrekken van gegevens uit de basisregistratie personen (titel 1) een lager tarief gerekend als de aanvraag volledig digitaal plaatsvindt.
Op basis van de berekening van de kostendekkendheid is alleen binnen titel 1 (Algemene dienstverlening) sprake van kruissubsidiëring. De leges voor huwelijken zijn op begrotingsbasis meer dan kostendekkend. Dit is toegestaan zolang de kostendekkendheid van het totaal van de binnen deze titel geheven leges niet meer dan 100% kostendekkend is.

Afhankelijk van het soort en aantal aanvragen omgevingsvergunning kunnen de legesopbrengsten fluctueren. Eventuele meer- of minderopbrengsten worden glad getrokken via de bestemmingsreserve egalisatie omgevingsvergunningen.

1.6 Vergelijking gemeentelijke woonlasten met andere gemeenten
Onder de gemeentelijke woonlasten verstaan we het gemiddelde bedrag dat een huishouden in een bepaalde gemeente betaalt aan OZB, rioolheffing en afvalstoffenheffing.
Om een beeld te krijgen van de gemeentelijke woonlasten van de burgers van de gemeente Wassenaar is een vergelijking gemaakt met die van regionale gemeenten aangevuld met die van de gemeente Bloemendaal. De vergelijking is gebaseerd op het jaar 2023. De bron van onderstaande gegevens betreft de COELO Atlas van de lokale lasten 2023.

In tabel 7.11 zijn de lasten 2023 voor eigenaren van woningen van de omliggende gemeenten weergegeven. In de woonlasten zijn de afvalstoffenheffing, riool- en waterzorgheffing en de OZB meegenomen. Bij de OZB is door COELO uitgegaan van een gemiddelde landelijke WOZ-waarde. De woonlasten in tabel 7.11 wijken daarom iets af van die in tabel 7.12.

Tabel 7.11 Lasten voor eigenaren van woningen in 2023 (afvalstoffenheffing, riool- en waterzorgheffing & OZB)

Gemeentelijke woonlasten 2023

Eenpersoonshuishouden

Meerpersoonshuishouden

Ranglijst COELO 2023

Leidschendam-Voorburg

€ 860,00

€ 927,00

162

Oegstgeest

€ 1.234,00

€ 1.410,00

347

Voorschoten

€ 1.340,00

€ 1.430,00

348

Wassenaar

€ 1.352,00

€ 1.573,00

350

Bloemendaal

€ 1.734,00

€ 1.874,00

352

In onderstaande staatjes wordt het OZB-tarief per gemeente gehanteerd. Hierbij wordt uitgegaan van een fictieve WOZ-waarde van € 350.000. Dit leidt er toe dat gemeenten met een hoge gemiddelde WOZ-waarde, zoals Wassenaar, per definitie hoge gemeentelijke woonlasten hebben. In de staatjes hierna daarom iets meer specificering op het gebied van riool- en waterzorgheffing, afvalstoffenheffing en gemeentelijke woonlasten bij een woning met een WOZ-waarde van € 350.000.
NB: het betreft een vergelijking van cijfers over 2023, aangezien gegevens over het jaar 2024 nog niet beschikbaar zijn.

Tabel 7.12 - OZB tarieven en gemeentelijke woonlasten per gemeente

OZB 2023  WOZ -

Wassenaar

Bloemendaal

Leidschendam

Oegstgeest

Voorschoten

waarde € 350.000

Voorburg

OZB woning

€ 334

€ 361

€ 250

€ 378

€ 429

Gemeentelijke

Wassenaar

Bloemendaal

Leidschendam

Oegstgeest

Voorschoten

woonlasten 2023

Voorburg

woning met WOZ

waarde € 350.000

Eenpersoonshuishouden

€ 806

€ 851

€ 784

€ 842

€ 1.053

Meerpersoonshuishouden

€ 1.092

€ 991

€ 851

€ 1.018

€ 944

Ontwikkeling woonlasten
Door de totale woonlasten voor meerpersoonshuishoudens in jaar t te vergelijken met het landelijk gemiddelde in jaar t-1 (zoals gepubliceerd door het Coelo) en dit uit te drukken in een percentage kan de ontwikkeling van de woonlasten ten opzichte van het landelijk gemiddelde worden geschetst.

Tabel 7.13 - Woonlasten Wassenaar t.o.v. landelijk gemiddelde

Woonlasten gemeente Wassenaar

2022

2023

2024

Totale woonlasten gezin Wassenaar in jaar t

€ 1.393

€ 1.561

€ 1.623

Woonlasten gemiddeld gezin in t-1 (cijfers Coelo)

€ 813

€ 904

€ 944

Woonlasten jaar t t.o.v. landelijk gemiddelde jaar t-1

171,3%

172,6%

171,9%

Bron: COELO – Atlas van de lokale lasten

Bovenstaande vergelijking laat zien dat de woonlasten in Wassenaar hoger liggen dan het landelijk gemiddelde. De voornaamste oorzaak hiervan is de hoge gemiddelde WOZ-waarde van de Wassenaarse woningen.

In de tabel hieronder de ontwikkeling van de woonlasten in Wassenaar bij een WOZ-waarde van € 350.000
Tabel 7.14 Woonlastenoverzicht Wassenaar 2023 en 2024

Woonlasten

Eenpersoonshuishouden

Meerpersoonshuishouden

Stijgings-

Stijgings-

   2023

   2024

percentage

   2023

   2024

percentage

1. OZB woningen *

€ 333,55

€ 344,22

3,2%

€ 333,55

€ 344,22

3,2%

2. Afvalstoffenheffing

€ 341,28

€ 352,20

3,2%

€ 491,40

€ 507,12

3,2%

3. Rioolheffing:       

€ 131,02

€ 135.24

3,2%

€ 267,00

€ 275,52

3,2%

Totaal  

€ 805,85

€ 831,66

3,2%

€ 1.091,95

€ 1.126,86

3,2%

*Op basis van een fictieve WOZ-waarde van € 350.000

1.7 Kwijtscheldingsbeleid
In de raadsvergadering van 7 april 2015 is de Regeling kwijtschelding gemeentelijke belastingen Wassenaar 2015 vastgesteld. Kwijtschelding is in Wassenaar mogelijk voor de onroerende-zaakbelastingen, de afvalstoffenheffing, de rioolheffing en de hondenbelasting (alleen eerste hond). Voor de overige heffingen is geen kwijtschelding mogelijk.
De kwijtscheldingsnorm in Wassenaar is bepaald op de maximaal door het Rijk toegestane 100% van de bijstandsnorm. Dat wil zeggen dat iemand met een inkomen op bijstandsniveau bijna altijd in aanmerking komt voor kwijtschelding, tenzij er sprake is van vermogen (spaargeld of eigen woning). Ook voor ZZP’ers is het mogelijk om onder dezelfde voorwaarden als privépersonen voor kwijtschelding in aanmerking te komen. De kwijtschelding wordt uitgevoerd door de Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland (BSGR).

De bedragen aan kwijtschelding voor afvalstoffenheffing en rioolheffing worden als kosten meegenomen bij het bepalen van de tarieven.

Over het jaar 2024 worden naar verwachting de volgende bedragen aan kwijtschelding verleend:
Tabel 7.15 - Kwijtscheldingsbeleid

 OZB

€ 4.000

 Afvalstoffenheffing

€ 272.000

 Rioolheffing

€ 100.000

 Hondenbelasting 

€ 6.000

1.8 Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland
De volledige heffing en invordering, inclusief de waardering in het kader van de Wet WOZ, is overgedragen aan Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland (BSGR). Voor de gemeente Wassenaar geldt dit voor de onroerendezaakbelastingen, baatbelasting, riool- en waterzorgheffing, afvalstoffenheffing, hondenbelasting, toeristenbelasting, precariobelasting, ondernemersheffing en de BIZ (Bedrijven investeringszone)-bijdragen.

Deze pagina is gebouwd op 09/29/2023 13:11:34 met de export van 09/28/2023 17:15:32